Kleding in lagen aanbrengen

Gelaagdheid in de zomer is eenvoudig: in feite een lichtgewicht vest dat je naar behoefte kunt aan- (of uittrekken) als de airco te hard waait. Maar afhankelijk van het klimaat waarin u leeft, kan de herfst en vooral de winter een complexere strategie vereisen, waarbij u zich kleedt voor comfort in omgevingen die kunnen variëren van een ijzige oprit tot een door hitte gestraald kantoorgebouw.

Om je lichaamstemperatuur de hele dag te reguleren, kleed je je in zachte, dunne lagen die je gemakkelijk kunt toevoegen en verwijderen. In de regel werkt een systeem met drie lagen het beste, of u zich nu kleedt voor een conferentie of een 5K-run. De basislaag voert vocht af of trekt vocht weg van de huid; de tweede laag houdt warme lucht vast, isoleert en absorbeert transpiratievocht dat door de basislaag gaat. En de derde, buitenste laag kleding laat vocht vrij in de lucht en houdt wind en regen tegen. Naast het elimineren van bulk, presteren meerdere dunne lagen op verschillende manieren beter dan één dikke laag: lucht (een uitstekende isolator) tussen de lagen opsluiten, transpiratievocht efficiënter laten passeren en bewegingsvrijheid bieden.

Voor welke situatie u zich ook kleedt, als het uw doel is om warm te blijven, draag dan nooit katoenen ondergoed of sokken. Katoen verliest veel van zijn isolerend vermogen als het nat is. Draag in plaats daarvan een onderbroek van polypropyleen, CoolMax of Capilene en sokken van Dri-Fit, wol of kasjmier.

  • Voor het werk: Wol en zijde zijn twee van de meest effectieve isolatoren van de natuur. Wol voegt lichtgewicht warmte toe en onttrekt vocht van de huid. Zijde is de sterkste, gladste natuurlijke vezel en voert ook vocht af. Samen bieden ze luxe en klassieke stijl - precies goed voor op kantoor. Zoek naar zijden panty's (ze zijn poreus en houden warmte vast) en lichte wollen truien (hoe dunner ze zijn, hoe soepeler ze vallen).
  • Voor het weekend: Casual weekendkleding betekent meestal jeans of sweats. Maar bij koud weer is katoen de kus des doods. Het neemt vocht op en blijft urenlang vochtig. Draag in plaats daarvan zachte synthetische stoffen dicht bij het lichaam en voeg een trui en een wind- en regenbestendige jas toe. Een trui van merinowol houdt je lekker warm; bedek het met een licht, waterafstotend gewatteerd jack.
  • Als oefening: Bij het aankleden in lagen voor buitenactiviteiten zijn drie punten cruciaal: ten eerste moet elke laag, inclusief de buitenste, ademen, zodat het zweet niet vast komt te zitten. Ten tweede moet de buitenlaag wind- en regenbestendig zijn. En, ten derde, kleed je niet te veel aan. Tijdens de eerste etappe van een hardloop- of fietstocht moet u het koud hebben en daarna geleidelijk opwarmen. Probeer een shirt met lange mouwen en een thermische panty die zacht en droog aanvoelt op de huid, zelfs als je transpireert. Bescherm je op milde winterdagen tegen de elementen met een windjack. Wanneer de temperatuur tussen de 40 graden en 55 graden daalt, draag dan een fleecevest als tweede laag. Het trekt vocht uit de basislaag en beperkt de armbewegingen niet. Als de temperatuur onder de 40 daalt, draag dan een fleecejack met lange mouwen als tweede laag. Zoek er een met een capuchon, aangezien er veel lichaamswarmte via het hoofd verloren gaat. Hoe lager de temperatuur, hoe dikker de buitenste laag moet zijn.